dinsdag 29 april 2014

Spraakproblemen

Dysartrie of spraakstoornis


Dysartrie is een spraakstoornis. Er zijn problemen met het spreken. De spieren die instaan voor de spraak werken niet meer goed, waardoor de verstaanbaarheid verminderd is.

Dysaryrie wordt veroorzaakt door een beschadiging van het zenuwstelsel en kan het gevolg zijn van een neurologische aandoening zoals ataxie.

De communicatie bij mensen met dysartrie is gestoord, omdat ze moeilijk te verstaan zijn. Dit kan komen door een onduidelijke uitspraak, een (te) zachte en/of hese stem, en eentonig of nasaal (door de neus) spreken of een combinatie hiervan.





Spraak

Er zijn vijf basisonderdelen in het spreken, namelijk: ademhaling, stem, resonantie (trilling), uitspraak en zinsmelodie (prosodie). Deze vijf onderdelen kunnen in meer of mindere mate gestoord zijn bij dysartrie.


  • Ademhaling: De uitgeademde lucht wordt onregelmatig gebruikt om te spreken.
  • Stem: De stem kan hees en schor klinken.
  • Resonantie: Dus lucht ontsnapt tijdens het spreken via de neus, waardoor de klanken nasaal klinken. 
  • Uitspraak: De klanken klinken vervormd door eeen beperkte beweeglijkheid van de tong-, kaak- en lipbewegingen. 
  • Zinsmelodie: De spreeksnelheid is vertraagd of versneld, weinig toonhoogte variaties, de luidheid is gestoord of men legt geen klemtonen in het spreken. De spraak kan hierdoor monotoon klinken. Een vraag klinkt bijvoorbeeld hetzelfde als een mededeling.



Wat doet een logopedist bij dysartrie?


De logopedist onderzoekt de bewegingen van de mond (mondmotoriek). Daarnaast onderzoekt de logopedist de gevoeligheid in en rondom de mond (sensibiliteit). Als laatste bekijkt en beluistert de logopedist de uitspraak, ademhaling en stemgeving. Zonodig wordt ook het slikken beoordeeld. Vervolgens start de logopedist een behandeling.

Het doel van de behandeling is het verbeteren van de verstaanbaarheid. U leert zo goed mogelijk gebruik te maken van uw eigen mogelijkheden. 

De logopedist kan de behandeling richten op;

  • de lichaamshouding;
  • de mondmotoriek (van belang bij eten, drinken en spreken);
  • de uitspraak;
  • de ademhaling;
  • de stemgeving








1 opmerking:

  1. "ik kan je prima verstaan", zeggen ze altijd. Toch hou ik liever mijn mond. Ik weet toch dat ik gelijk heb.

    BeantwoordenVerwijderen