woensdag 29 april 2015

Werkgroep klinisch onderzoek SCA (PolyQ)-aandoeningen

Op 28 april zijn de leden van de werkgroep voor het eerst bij elkaar geweest om te praten over een klinisch onderzoek in Nederland van BioBlast Pharma.

De werkgroep bestaat uit de volgende personen:

  • ·      Dr. B. Van de Warrenburg (neuroloog, Radboud UMC)
  • ·      Dr. J. De Vries (neuroloog, UMCG)
  • ·      Dr. C. Verschuuren-Bemelmans (klinisch geneticus, UMCG)
  • ·      Dr. H. Engel (klinisch chemicus, Isala Zwolle) (familie van SCA1 patiënten)
  • ·      Drs. C. Van Doorne (medisch bioloog) (familie van SCA6 patiënten)
  • ·      H. Van Lambalgen (secretaris, ADCA Vereniging)


De uitgangspunten verschillen behoorlijk van wat er besproken is met BioBlast in Londen gedurende het euro-Ataxia congres in maart dit jaar.

SCA3 fase 3 klinische studie


De studie vindt plaats in 4 centra en wordt volledig gefinancierd en georganiseerd door BioBlast.

  • ·      Bonn (Duitsland) – 15 patiënten
  • ·      Londen (Engeland) – 15 patiënten
  • ·      Californië (USA) – 20 patiënten
  • ·      Boston (USA) – 20 patiënten


We kunnen in Nederland niet als een vijfde centrum meedoen. De aantallen patiënten die mee kunnen doen liggen vast. Er kunnen dus geen extra patiënten instromen.

SCA1, SCA2 en SCA6 fase 3 klinische studie


In Londen is besproken dat Nederland samen met de groepen in Bonn en Londen een fase 3 studie zouden doen naar SCA1, SCA2 en SCA6. Dit blijkt nu niet zo te zijn. Bonn en Londen doen vooralsnog niet mee.

SCA6 valt helemaal af. Dit omdat de progressie van SCA6 ten opzichte van SCA1, SCA2 en SCA3 veel langzamer is. Je zou dan, om een statische verantwoorde uitspraak te kunnen doen over de effectiviteit van Trehalose (Cabaletta), de patiënten twee jaar lang een infuus moeten toedienen. Dit is op dit moment ethisch niet verantwoord.

Voorstel BioBlast


BioBlast wil heel graag een SCA1 en SCA2 studie in Nederland/Vlaanderen met name vanwege het snelst progressieve verloop van SCA1. Met andere woorden – als Trehalose effectief is dan zal dit het makkelijkst aan te tonen zijn bij SCA1 patiënten.

Het idee van BioBlast is dat de studie in Nederland een “investigator initiated study” zal worden. De studie wordt dan gestart en gemanaged door een professional waarbij BioBlast volledig support zal verlenen zoals voor de medicatie, het protocol en dergelijke.

Het betreft dan een kleine studie met 10 tot 20 patiënten voor SCA1 en hetzelfde aantal voor SCA2, waarvan 2/3 werkelijk het infuus zal krijgen en 1/3 niet (placebogroep).


Werkgroep


De werkgroep maakt zich zorgen over het kleine aantal patiënten dat meedoet aan de verschillende studies. Bij een klein aantal patiënten is het moeilijker om de effectiviteit van een behandeling aan te tonen. We gaan hierover in overleg met BioBlast waarbij we ook blijven proberen om te participeren als 5e centrum in de SCA3 studie.

Er zal contact opgenomen worden met Dr. Thomas Klockgether in Bonn en Dr. Paola Giunti in Londen om het punt van geringe aantallen te bespreken en om te bespreken of zij hun studie misschien ook willen uitbreiden met SCA1 en/of SCA2. We gaan ook met BioBlast bespreken of zij dit willen ondersteunen en managen.

De werkgroep maakt zich zorgen over het feit dat de studie niet “full sponsored” is door BioBlast. Het is een dure studie vanwege de wekelijkse infusen, het reizen van de patiënten en de maandelijkse controle (o.a. SARA scores). Ook is het op deze manier noodzakelijk om de ethische commissie van het ziekenhuis te overtuigen om goedkeuring aan het onderzoek te geven. De werkgroep verwacht hier problemen. We gaan met BioBlast bespreken of ze de studie volledig willen sponsoren en managen.



dinsdag 28 april 2015

Methode voor simpele gentherapie - iTOP


Tot nu toe was het alleen mogelijk menselijke cellen te veranderen door een nieuw stuk DNA in de cel te brengen met een virus dat de cel binnendringt. Dit wordt gentherapie genoemd.

Nu hebben hoogleraar Niels Geijsen en zijn postdoc Diego D'Astolfo een eenvoudige methode gevonden waarmee zij direct grote moleculen zoals eiwitten in de cel kunnen brengen. Een cocktail van chemische stoffen waaronder zout, dwingt cellen eiwitten uit hun omgeving op te nemen.

Geijsen: "Vergelijk het met gedwongen laten eten van kinderen. Neus dichtknijpen, dan gaat de mond vanzelf open. Zo gaat het ook met de cel. Door het zout in zijn omgeving slaat de cel alarm. De cel krimpt doordat water uit de cel naar buiten lekt. Daar moet de cel iets aan doen, anders gaat hij dood. Daarom neemt hij "happen"van de vloeistof in zijn omgeving, inclusief de eiwitten die daar in zitten".






Deze nieuwe methode, iTOP genoemd, opent nieuwe perspectieven. Nu kan bijvoorbeeld een enzym worden ingebracht dat gericht reparaties uitvoert aan het DNA van de cel.

"Het blijkt een fantastische methode om genen te corrigeren" zegt Geijsen.

In een publicatie in het wetenschappelijke tijdschrift Cell laat Geijsen zien dat hij met zijn nieuwe techniek ook genen in menselijke stamcellen kan uitschakelen of repareren. Door een stamcel van een patiënt met een genetische ziekte te repareren zouden stoornissen in weefsels hersteld kunnen worden.

Het voordeel daarvan is dat er geen vreemd DNA in iemands cellen hoeft te worden ingebouwd, maar dat iemands eigen genen door het DNA "bij te knippen" weer in het gareel kunnen worden gebracht.

De effectiviteit en veiligheid zal nog uitgebreid beoordeeld moeten worden. Er is een heel traject van bewijs nodig om dit in de kliniek te krijgen. In het laboratorium werkt het vooralsnog uitstekend. In menselijke stamcellen is met de nieuwe methode met succes een gen uitgeschakeld. " Na de eerste ronde was 23% van de behandelde cellen veranderd, maar na de tweede ronde wel 70% van alle cellen. De efficiëntie die wij in onze proeven haalden is zeventig keer beter dan met andere methoden", zegt Geijsen.


--------------------------------------------------------------
Naar NRC, 24 april 2015, Methode voor simpele gentherapie ontdekt, redactie wetenschap

Cell, Intracellular Delivery of Native Proteins, Cell, 161, Issue 3, p674–690, 23 April 2015 Diego S. D’Astolfo et al.

woensdag 22 april 2015

Bestek voor trillende handen




Bestek dat het trillen van de hand stabiliseert!


Trillende handen: er zijn nogal wat mensen die er last van hebben en vaak schamen ze zich ervoor. Met name tijdens het eten kan zo’n tremor pijnlijk zichtbaar worden als het mensen niet lukt om hun bestek te hanteren en voedsel naar de mond te brengen. Een nieuwe lepel maakt eten voor mensen met een handtremor weer leuk.




Liftware heeft een bestek ontwikkeld dat actief het trillen van het bestek in de hand tegengaat.







Het bestek bestaat uit een stabiliserend handvat dat alle technologie bevat en een lepel-opzetstuk. Zo gauw het handvat en de lepel verbonden zijn doet het apparaat zijn werk. Als je het ondersteboven neerlegt gaat het apparaat tijdelijk in slaap.

Werking


De lepel – Liftware genaamd – is door onderzoekers en engineers speciaal ontwikkeld voor mensen met een tremor. In het heft van de lepel bevinden zich sensoren die de tremor detecteren. Vervolgens compenseert de lepel de tremor en stabiliseert zo zichzelf. Hierdoor blijft het voedsel op de lepel liggen. Uit klinische onderzoeken blijkt dat Liftware het trillen van het uiteinde van de lepel met meer dan 70 procent beperkt.


De lepel werkt met behulp van een oplaadbare batterij en kan dus gemakkelijk meegenomen worden naar het werk, een restaurant of vrienden.





Filmpje dat de werking van de lepel demonstreert.


Helaas is het bestek nu nog behoorlijk duur.
---------------------------------------------------------------------

website van Liftware


zaterdag 11 april 2015

Versnelde procedure Cabaletta bij OPMD patiënten

Dit artikel bevat wat nieuwe informatie over de ontwikkelingen rond Cabaletta. Cabaletta is een medicijn dat ontwikkeld en nu getest wordt door BioBlast Pharmaceuticals. Onderzoek van Cabaletta bij OPMD patiënten loopt voor op onderzoek van Cabaletta bij SCA patienten. Cabaletta zou de achteruitgang bij SCA 1, 2, 3, 6, 7, en 17 etc kunnen afremmen.

Op 9 april heeft BioBlast Pharmaceutical een persbericht doen uitgaan.

De Amerikaanse Food and Drug Administration heeft toestemming gegeven voor een versnelde procedure voor Cabaletta bij OPMD (oculopharyngeale spierdystrofie) patiënten - een ziekte waarbij de spierkracht van voornamelijk de ogen en keel afneemt door afbraak van spiercellen.

OPMD is een zeldzame spierziekte waarvoor nog geen genezing of therapie is. BioBlast houdt op dit moment een fase 2/3 studie om de werkzaamheid van Cabaletta te onderzoeken.

Wat houdt een versnelde procedure in?


De  versnelde procedure is ingesteld om de ontwikkeling van geneesmiddelen voor ernstige aandoeningen te vergemakkelijken en een belangrijk nieuw geneesmiddel eerder bij de patiënt te krijgen. Het is bij een versnelde procedure dan mogelijk om veel eerder en vaker in contact te treden met de FDA (Food and Drug Administration). De FDA beslist over de uiteindelijke goedkeuring van een medicijn en de toelating tot de markt. Door deze versnelde procedure zal het hele proces tot goedkeuring sneller zijn. Vanaf het begin is er dan samenwerking met de FDA over het verzamelen van de benodigde gegevens van het onderzoek, de opzet van het onderzoek, versnelde goedkeuring procedure en zelfs voorrang bij de administratieve procedure van het geneesmiddel.


Wanneer komt een geneesmiddel in aanmerking voor een versnelde procedure?


Er moet sprake zijn van een ernstige aandoening waarvoor nog geen behandeling mogelijk is.

  • Ernstige aandoening
Zal het geneesmiddel invloed hebben op overleving, dagelijks functioneren, of progressie van de ziekte?

  • Geen behandeling mogelijk
Het geneesmiddel moet de potentie hebben om de aandoening waarvoor nog geen behandeling is te voorkomen of te behandelen.


Conclusie


Er is nu een grotere kans dat ALS Cabaletta bij OPMD patiënten goede resultaten laat zien dat het geneesmiddel sneller goedgekeurd wordt. Hopenlijk zal dan ook het onderzoek van Cabaletta bij SCA1, SCA2, SCA3 en SCA6 de versnelde procedure in kunnen.














donderdag 2 april 2015

Patiëntenregistratie nodig?


In een patiëntenregistratie worden gegevens van meerdere patiënten vastgelegd en opgeslagen. Registraties maken wetenschappelijk onderzoek naar gezondheid en ziekte mogelijk. Het niet hebben van een registratie is een enorm negatieve factor in het bepalen van waar onderzoek plaats zal vinden.

Patiënten organisaties kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het opzetten en benutten van registraties voor onderzoek.

Welke gegevens?


  • Algemene gegevens zoals geslacht, leeftijd, behandelend arts
  • De diagnose van de patiënt
  • Het stadium van de ziekte
  • De behandeling die een patient in het verleden heeft gekregen en/of krijgt.


Ook informatie over het voorkomen van de aandoening in de familie van de patiënt en gegevens over genetische afwijkingen kunnen relevant zijn. Vaak is binnen een registratie aangegeven welke gegevens absoluut benodigd zijn en welke daarnaast gewenst zijn.

Waarom? 


Patiëntenregistraties kunnen inzicht geven in:

  • Het aantal patiënten met een aandoening
  • Het ziektebeloop en de verschillen daarin tussen patiënten
  • Effecten van een behandeling
  • Kwaliteiten van zorg in verschillende ziekenhuizen
De inzichten die een specifieke registratie kan opleveren hangen af van de gegevens die erin worden opgeslagen. Zonder een goede patiëntenregistratie is de kans groot dat een onderzoek op een andere locatie met wel een goede registratie zal plaatsvinden.


Ethische aspecten


Registraties hebben alleen nut als ze ook worden gebruikt voor onderzoek. Dat betekent dat de gegevens beschikbaar moeten worden gesteld aan onderzoekers, en dat deze onderling gegevens met elkaar moeten delen. Hierbij dient de privacy van de deelnemers aan een registratie zo goed mogelijk beschermd te worden en misbruik te worden voorkomen. Het gebruiken van een 'tracking systeem' waarin zichtbaar is wie wanneer in het databestand heeft gekeken en/of welke data er toen is aangepast kan daaraan bijdragen.

Ook moeten deelnemers aan een registratie geïnformeerd worden over wat er met hun gegevens kan gebeuren, bijvoorbeeld:
  • Wie kan er toegang krijgen?
  • Onder welke voorwaarden wordt toegang gegeven?
  • Voor welk soort onderzoek kunnen de gegevens worden gebruikt

Het uiteindelijke doel van onderzoek met patiëntgegevens is het ontwikkelen van nieuwe of verbeterde therapieën en medicijnen. Hierbij is de betrokkenheid van (farmaceutische) bedrijven erg belangrijk. Daarvoor kan het nodig zijn om medische gegevens te delen met deze bedrijven. Ook hierover moeten deelnemers geïnformeerd worden.


Wetgeving


Wetgeving voor registraties gaat vooral over het beschermen van de privacy van deelnemers.

  • Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp)
  • Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO)

Ontwikkelingen


Er ligt nu een voorstel om de wet op bescherming van persoonsgegevens aan te scherpen in het Europees Parlement.  Dit kan een gevolg hebben voor medisch onderzoek. Verplicht onderzoekers niet om voor het gebruik van persoonlijke gegevens specifiek goedkeuring te vragen. Aanpassing van de wet is eigenlijk ook niet nodig. Ethische commissies houden goed in de gaten hoe persoonlijke gegevens gebruikt worden in medisch onderzoek. 


-----------------------------------